Goulash (Pörkölt)

Het is de laatste week echt koud buiten. Dat vraagt om verwarmend comfortfood. Ik heb echt zin in soepen en stoofpotjes, laat de salades nog maar even wachten tot het weer voorjaar wordt! Ik ben dol op stoofpotjes. Je hebt eigenlijk maar heel weinig werk aan de voorbereiding en de rest gaat dan vanzelf. Na een paar uur stoven heb je echt een magisch resultaat. Rijke smaken en vlees dat van je vork uit elkaar valt. Heerlijk. Deze keer koos ik voor een Hongaars stoofpotje, pörkölt, bij ons beter bekend als goulash. Een echte klassieker die hier in Nederland inmiddels volledig ingeburgerd is.

Kenmerkend voor een goede goulash is het gebruik van paprikapoeder, hét Hongaarse specerij dat deze stoofpot een heerlijke warme smaak geeft. Daarnaast is het heel gebruikelijk om karwijzaad toe te voegen. Heb je dit nu niet dan kan komijn ook. Gebruik daar iets meer van, omdat het minder sterk van smaak is dan karwijzaad. In Nederland vind je in goulash eigenlijk altijd stukjes paprika. In Hongarije gebeurt dat niet altijd, de kern van de goulash wordt namelijk door het vlees gevormd. Omdat ik dol ben op groente en graag iets gezonds op tafel zet, is mijn versie mét paprika. Dat vind ik gewoon het allerlekkerst. Wel vind ik het dan alsnog wat weinig groente voor 4 personen, daarom serveer ik er meestal sperziebonen bij. Dat past perfect bij goulash.

Hoe lang je vlees precies moet stoven, is afhankelijk van de soort en de kwaliteit van het vlees. Riblappen zijn meestal na 3-4 uur wel goed, sukade en runderlappen hebben wat langer nodig, zo’n 4-6 uur. Maar het hangt ook erg af van de kwaliteit van je vlees (mals vlees is sneller gaar), dus check vooral regelmatig hoe je vlees ervoor staat. Als het zo ongeveer uit elkaar valt van je vork, is het goed. De smaak moet zacht en mals zijn. Geniet ervan op een koude winteravond!

Ingrediënten voor 4 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10  personen

• 600 gram riblappen (sukadelappen of runderlappen kan ook)
• 2 uien
• 2 paprika's
• 1 blikje tomatenpuree
• 2 laurierblaadjes
• 2 teentjes knoflook
• 1 el paprikapoeder
• 500 ml runderbouillon
• 2 tl karwijzaad (of 1 el komijnzaad)
• 1 el bloem

Wat ga je doen

Let op! Je wijkt af van het aantal personen waarvoor ik dit recept ontwikkeld heb. De bereiding, kook- en oventijden kunnen hierdoor een beetje afwijken.

Snijd de uien in halve ringen en de riblappen in blokjes van ongeveer 2×2 cm. Hak de knoflook fijn. Als je een vijzel hebt, kun je het karwijzaad eventueel een beetje fijn vijzelen, dit is niet per se nodig.

Verhit een beetje olie in een braadpan. Bak hierin de uienringen ongeveer 5 minuten. Voeg dan het vlees toe en bak rondom bruin. Voeg de bloem toe en roer zodat het vlees rondom met een laagje bloem bedekt is. Voeg dan ook de tomatenpuree, knoflook, laurierblaadjes, paprikapoeder, karwijzaad en (hete) runderbouillon toe. Laat op laag vuur (sudderpitje) met het deksel op de pan ongeveer 3-5 uur stoven tot het vlees mooi zacht is en bijna uit elkaar valt. Als het vocht teveel dreigt in te koken, voeg je nog wat heet water toe.

Ongeveer 30 minuten voor het einde snijd je de paprika’s in blokjes. Voeg ze toe aan het stoofpotje en laat nog een half uurtje mee pruttelen.

Serveer de goulash met rijst, aardappel(puree) en eventueel nog een groentebijgerecht zoals sperzieboontjes. Je kunt dit stoofpotje heel goed van tevoren bereiden en 1 dag in de koelkast bewaren, of langer in de diepvries.